Algemene uitkeringen en overige uitkeringen Gemeentefonds

Inleiding

Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds

De algemene uitkering uit het gemeentefonds is voor Pijnacker-Nootdorp de grootste bron van inkomsten. De hoogte van de uitkering wordt bepaald op basis van objectieve maatstaven zoals bijvoorbeeld het aantal inwoners, de sociale en fysieke samenstelling van de gemeente en het aantal woonruimten. Er worden meer dan 65 maatstaven gebruikt voor het bepalen van de totale inkomsten. Belangrijke maatstafgegevens die bij elkaar meer dan de helft van de inkomsten bepalen zijn:

Maatstaven in de algemene uitkering

2021

2022

2023

2024

aantal inwoners

56.446

57.541

58.636

59.731

aantal inwoners: jongeren < 18 jaar

13.718

13.626

13.765

13.499

aantal inwoners: ouderen > 64 jaar

8.505

8.785

9.069

9.358

aantal huishoudens

21.913

22.338

22.763

23.188

aantal minderheden

4.257

4.340

4.422

4.505

De algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp in de begroting:

bedragen x € 1.000

2021

2022

2023

2024

Inkomsten AU in de begroting

65.916

68.253

70.585

72.429

Algemene uitkering in de begroting 2021-2024

In de Kadernota 2020 is de basis bepaald voor de opbrengsten algemene uitkering uit het gemeentefonds over de periode 2021-2024. Voor de Begroting 2021 zijn deze aangepast met de informatie zoals die door het ministerie van BZK gepubliceerd is in de meicirculaire 2020. De meest omvangrijke onderwerpen hierin zijn:

  • Een op termijn tegenvallend accres
  • Een afname van de integratie uitkering Voogdij/18+
  • Herijking Gemeentefonds
  • Ruimte onder het BCF plafond
Accres

Voor 2023 en 2024 zijn de accrestranches neerwaarts bijgesteld. De reden hiervoor is dat de middellangetermijnverkenning van het CPB een neerwaartse bijstelling voorziet van de zorguitgaven die doorwerkt in het accres vanaf 2022. Deze informatie is afkomstig uit de voorjaarsnota van het Rijk en dus pre-corona. Als onderdeel van het compensatiepakket Coronamaatregelen zijn VNG en de Fondsbeheerders overeengekomen de accressen 2020 en 2021 te fixeren op de stand van deze meicirculaire. Voor die jaren wordt dat dus ook de afrekening, tenzij er nog grote afwijkingen volgen.

Voogdij/18+

De integratie uitkering Voogdij/18+ voor 2020 en verder wordt bepaald aan de hand van de werkelijke kosten t-2. De realisatie over 2018 is bepalend voor de inkomsten op dit onderdeel in 2020. Voor 2018 waren de kosten voor onze gemeente lager dan in 2017 waardoor deze uitkering neerwaarts is bijgesteld. Dit onderdeel van het sociaal domein is een van de weinigen die nog worden verdeeld op basis van historie in plaats van op basis van actuele maatstafgegevens.

Herijking verdeling gemeentefonds

In februari 2020 hebben de beheerders van het gemeentefonds aan de Tweede Kamer laten weten dat de invoering van de nieuwe verdeelmodellen van het gemeentefonds met een jaar wordt uitgesteld tot 2022. De herziening van de verdeelmodellen van het gemeentefonds bestaat uit drie elementen: een wijziging van de verdeling van de gemeentefondsmiddelen waarmee de gemeenten de taken in het sociaal domein betalen, een wijziging van de verdeling van de overige (klassieke) taken en een eventuele wijziging van de verdeling van de manier waarop in de verdeling rekening wordt gehouden met de mogelijkheden die gemeenten hebben om zelf eigen middelen op te halen. Voor zowel het klassieke deel als voor het sociaal domein zijn aanvullend onderzoek en nadere analyses op de voorgestelde wijze van verdeling nodig. Naar verwachting start half september 2020 de consultatieperiode waarin de fondsbeheerders advies vragen aan de VNG en de Raad voor het Openbaar Bestuur over de verdeelvoorstellen. Besluitvorming over de invoering van de nieuwe verdeling wordt dan in 2020 afgerond, met verwerking van de uitkomsten in de decembercirculaire 2020.

Er zijn nog geen concrete bedragen bekend maar op grond van de eerste uitkomsten wordt aangenomen dat gemeenten in de groottegroep 50.000 – 100.000 inwoners er in inkomsten op achteruit gaan. Hiervoor wordt per 2022 rekening gehouden met een lagere inkomst algemene uitkering oplopend tot € 600.000. Dit is ongeveer 1% van de totale opbrengsten uit de algemene uitkering van 2020 en is gebaseerd op de verwachtingen van de effecten van de herijking zoals die tot nu toe gepubliceerd zijn. Ook wordt er in de risicoparagraaf in deze begroting een risico voor opgenomen. 

BCF plafond

Op basis van de uitgekeerde onbenutte ruimte in het btw compensatiefonds 2019 wordt een bedrag van € 200.000,- opgenomen in de begrote inkomsten algemene uitkering. Dit komt overeen met de richtlijn die de provinciaal toezichthouder aangeeft.

Het financiële effect van deze en de overige onderwerpen uit de meicirculaire op de inkomsten algemene uitkering 2021 en verder:

bedragen * € 1.000

2021

2022

2023

2024

Accres

217

649

88

- 533

Voogdij/18+

- 360

- 360

- 362

- 362

Stelpost herijking Gemeentefonds

-200

-600

-600

-600

Ruimte BCF plafond

200

200

200

200

Overig

- 3

53

71

64

Totaal

-146

-58

-603

-1.231

Ten opzichte van de Kadernota 2020 is dit het effect op het saldo van de Begroting 2021.

Sociaal domein

In de meicirculaire 2019 is voor de periode 2019-2021 in totaal € 1 miljard aan het gemeentefonds toegevoegd als compensatie voor de tekorten in de Jeugdzorg. In september 2020 wordt de uitslag verwacht van het onderzoek naar de kosten Jeugdzorg. Gemeenten mogen in de aanloop hiervan ook na 2021 structureel een raming opnemen ter waarde van het gemeentelijk aandeel in € 300 miljoen. In de begroting van Pijnacker-Nootdorp gaat het om € 800.000,- dat hiervoor als inkomst algemene uitkering is opgenomen. Bij het opmaken van de Programmebegroting 2020 is dit reeds verwerkt.